Aan het eind van onze straat staat sinds kort een kas. Hij is ongeveer 2 bij 3 meter groot, en je kunt erin staan. Het is de bedoeling dat dit een ‘groene bibliotheek’ wordt; het Wageningse alternatief voor de bibliotheekkastjes met boeken, die je ook in elke wijk ziet tegenwoordig.

Terwijl de boekenkastjes vaak vol zitten met oude boeken, is deze groene bibliotheek nog aardig leeg. Er staan momenteel twee treurige kamerplanten in en iemand heeft er ook van die plastic binnenpotjes in gezet. Het project is nog maar net van start gegaan; de bordjes “Green library” en “Groene bieb” (we zijn hier in Wageningen hartstikke internationaal) liggen nog naast de kas op de grond. Er staat ook een houten bankje naast de kas. Leuk om je buurtgenoten te ontmoeten en te praten over de planten die je wegdoet of juist meeneemt.

Het initiatief komt van studenten aan de Wageningse Universiteit in samenwerking met de gemeente. Het clubje mensen met groene vingers uit de wijk zal er ook wel wat mee te maken hebben. Ik ken verder nog niet zo veel mensen uit de buurt, want in deze nieuwbouwwijk stapt iedereen zo vanuit de voordeur hun auto in en andersom. De meeste buren zien we amper. Alleen de hondenuitlaters leren we beter kennen. Zo horen we dat iemand een maagverkleining heeft gekregen en dat haar man, terwijl zij nog aan het herstellen was, een hartinfarct kreeg. Hij overleefde het gelukkig, maar nu zitten ze beiden in de lappenmand. Dan is het toch fijn als de buren op de hoogte zijn.

Een tijdje geleden maakte ik een nieuwe vriendin. Ze is een jaar of 8-9, gok ik, en heeft een labradoodle puppy genaamd Juno. Het meisje trok zich niks aan van mijn sociale ongemak rondom kinderen en praatte honderduit tegen me over Juno en haar vorige hond, die weg moest omdat haar moeder allergisch was. Labradoodles zoals Juno zijn dan een betere keus. Ook gaf ze me spontaan haar adres, voor als ik een keer samen met de honden wil spelen. Ik ben er nog niet op ingegaan, en hoop dat ze dit niet bij elke voorbijganger doet. Dat lijkt me niet verantwoord.

Toen ik haar afgelopen week tegenkwam liep Juno met zo’n lampenkap om zijn kop. Die krijgen honden vaak na een operatie of als ze een wond hebben, om te voorkomen dat ze aan de wond of het litteken gaan likken. Het meisje werd voortgesleept door de onverminderd enthousiaste pup, die inmiddels een stuk gegroeid was. Ook liep er een broertje mee. “Ah, is hij geopereerd?” vroeg ik hen. “Ja. En nu moet hij dit ding om!” “Hij mag niet aan zijn balzakken likken”, zegt het jongetje prompt. “Nee, die heeft hij nu juist niet meer”, zegt het meisje. Ik grinnik. Juno is dus gecastreerd. Dat is fijn, dan zal hij Bella tenminste niet gaan lastigvallen met zijn oerdriften, als zijn puberteit eraan komt. En het vergroot de kans dat deze hond wél de rest van zijn leven bij deze mensen kan doorbrengen.

Veel mensen hebben in coronatijd een hond of ander huisdier genomen. Heel begrijpelijk natuurlijk. Maar inmiddels zitten de dierenasiels vol met konijnen, katten en honden die ná de thuiswerktijd toch niet zo goed pasten in de levens van die mensen. Er zijn trouwens ook meer baby’s verwekt dan normaal, tijdens coronatijd, hoogstwaarschijnlijk als gevolg van de lockdowns. Inmiddels is de geboortegolf alweer voorbij, maar een baby doe je toch wat minder makkelijk weg dan een hond of een plant. Gelukkig maar. Anders zou er ook nog een baby-bieb in onze wijk gemaakt moeten worden. En zie daar maar eens vrijwilligers voor te krijgen.


1 reactie

Gerard · 28 november 2022 op 08:43

goed verhaal , vrolijk, top

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.