Afgelopen week las ik dat Nancy McKinstry, de bestuursvoorzitter van Wolters Kluwer, volgend jaar met pensioen gaat. Nadat ze 22 jaar de topvrouw van deze grote Nederlandse uitgeverij is geweest. Dit nieuws doet me terugdenken aan de tijd dat ik in 2010 en 2011 voor Wolters Kluwer werkte in Deventer.
Ik was gedetacheerd bij Wolters Kluwer op de afdeling die (met name) juridische teksten van verschillende bronnen up to date moest houden. Bijvoorbeeld updates van het Staatsblad en het Europees Publicatieblad. Concreet hield dit in dat ik gecodeerde teksten toevoegde aan bestanden die de basis vormden van de genoemde publicaties. Deze uitvoerende taken werden toen al steeds vaker uitbesteed aan lagelonenlanden. En ik twijfel er niet aan dat dit in de tijd nadat mijn detacheringscontract niet werd verlengd steeds vaker voorkwam.
In het nieuwsbericht van de NOS over het vertrek van de topvrouw lees ik dat Wolters Kluwer al lang geen uitgeverij meer is, maar een ‘informatieleverancier’. Boeken doen ze er nog een beetje bij. Het draait echter allemaal om digitale informatie. Vijftig procent van de inkomsten van het bedrijf komt inmiddels voort uit toepassingen van kunstmatige intelligentie. Ik denk dan ook dat de mensen waar ik toen mee samenwerkte inhoudelijk heel andere dingen zijn gaan doen. De robots gaan er soms wel met onze banen vandoor. Zoals de hillbillies in animatieserie Southpark zouden zeggen: “They took our jobs!”
Soms kunnen we nog wat leren van kunstmatige intelligentie, bleek uit een ander nieuwsbericht. De dicteerfunctie op iPhones typte automatisch de naam Trump als je het woord racist insprak. Helaas heeft Apple dit probleem alweer verholpen. Toch geeft dit voorval mij hoop voor de toekomst. We leven steeds meer in een wereld waarin feiten er niet toe doen als ze niet in het straatje van oligarchen en dictators (in de dop) passen. Zwart is wit, wit is zwart. De zon is de maan. Tegelijkertijd wordt er dus veel geld verdiend aan kunstmatige intelligentie.
Dan heb ik de hoop dat de kunstmatige intelligentie slimmer wordt dan wij met zijn allen. Zodat pertinente onwaarheden meteen gecorrigeerd worden. Of dat AI nuttige toevoegingen aan bepaalde namen geeft. Bij Trump passen er nog wel een paar: zoals narcist en oranje. Op het moment dat je het woord stank (of dit zaakje stinkt) intikt licht ‘Musk’ op. Bij het woord geblondeerd verwacht ik Wilders aan te treffen en bij beleid Faber.
Het zou kunnen dat bij Wolters Kluwer al eerder een vorm van kunstmatige intelligentie actief was dan gedacht. Toen ik er in 2010 aan de slag ging, kreeg ik de mooie gebruikersnaam Tim T. Wachelder. Had ik er spontaan een initiaal bij, want als ongedoopt persoon heb ik die niet. Net als Wim T. Schippers gebruik ik mijn fictieve T voortaan als onderdeel van mijn artiestennaam. In mijn geval is dat mijn schrijversnaam. Bovendien treed ik zo een beetje in de voetsporen van fantasygrootheden J.R.R. Tolkien en George R.R. Martin. Fijn.
 
													 
													 
													
0 reacties