De poëzie van het leven zit in kleine dingen.
Der Alte die overleed, maar niet voordat hij honderd was.
De klok langs de weg die al een maand op twee voor negen staat. Altijd klaar voor een nieuwe dag als ik er langs kom, op weg naar mijn werk. Een beter tijdstip dan twee voor twaalf. Zowel middernacht als High Noon beloven weinig goeds.
Het meisje dat achterop de fiets van haar vader zit en met losse mouwen wappert alsof ze kan vliegen. Een ander (kleiner) meisje dat achterop de fiets van haar moeder zit en met haar korte armpjes de richting aangeeft bij elke bocht en dan “links” of “rechts” piept. Een echo van haar moeder.
De namen van een vriend en zijn vrouw die allebei uit twee lettergrepen bestaan. En die van hun twee kinderen die er elk nog een extra lettergreep bij kregen van hun ouders. Ik voorzie een toekomst met lange namen.
De slak die zich naast de voordeur vastklampt aan het cirkelvormige bordje van mijn verhuurder dat een slakhuisvormig logo heeft. Oost west, thuis best.
De douche in de kleedkamer van het sportcentrum die aangaat als ik er van meters afstand naar kijk. Alsof er een exhibitionistische onzichtbare man onder is gaan staan. Ondertussen glibbert Stinkie het kleedkamergeurmonster weg in het afvoerputje.
De jonge vrouw die plotseling door de fitnessruimte rent, terwijl het alleen de bedoeling is om pas op de plaats te maken, zonder ooit ergens heen te gaan. We rennen daar in het luchtledige van de kosmos. Even later schuifelt ze schuldbewust langs terwijl ze haar kort verloren heuptasje weer vastmaakt.
De witharige man met hond in het centrum van Nijmegen die tegen zijn volwassen dochter klaagt dat hij last heeft van zijn gewrichten. En dat dit wel echt een probleem is, want hij is professioneel gamer.
 
													 
													 
													
0 reacties