Ad fundum
Ik loop op een zaterdagavond van mijn woning naar de lokale kroeg, omdat ik daar met een paar vrienden heb afgesproken. Onderweg word ik ingehaald door een paar jonge mensen op de fiets. Ze stappen af bij de kroeg die ook mijn bestemming is. Als ik binnenkom sluit ik aan bij de vrienden met wie ik afgesproken had, aan de bar. De jonge mensen voegen zich bij een groep soortgenoten aan een lange tafel in het midden van de kroeg. Voornamelijk mannen, maar er zijn ook een paar vrouwen bij. Hoewel ze niet allemaal in pak zijn, stralen ze uit dat ze samen een dispuut vormen. Even later wordt duidelijk dat we onvrijwillig een cantus zullen bijwonen.
(meer…)
